Joods Lyceum Fischerstraat 133-135 Den Haag © Paul Krugerschool, OBS de Springbok

Onderduiken

In 1942 duikt ook Edith van Hessen onder. Er worden veel joden gedeporteerd en het gevaar neemt toe. Edith’s oudste broer is al in 1940 in Amerika gaan wonen. Haar andere broer gaat proberen via het oosten van het land naar het buitenland te vluchten. Edith duikt in haar eentje onder bij een familie in Breda. Ediths moeder ligt in het ziekenhuis, dus haar vader en moeder kunnen niet onderduiken of vluchten.

Het is erg wennen voor Edith in het onderduikgezin. Ze woont bij een man en vrouw met een dochter van Edith’s leeftijd. Ze zijn aardig voor haar, maar Edith moet wennen dat ze niet meer haar eigen naam mag gebruiken en niet mag opvallen. Voor de buitenwereld heet ze Nettie en de familie zegt dat ze een logeetje is. Edith helpt met klusjes in huis en probeert geen last te zijn voor de familie. Ondertussen maakt ze zich erg ongerust over haar vader en moeder, die ze niet kan bezoeken. Wel schrijven ze elkaar brieven, maar daarin kunnen ze niet alles zeggen, anders brengen ze misschien het onderduikgezin in gevaar. Ook Edith’s vader wordt nu erg ziek en Edith maakt zich erge zorgen om haar ouders.

Rolf Nihom duikt ook onder. Hij blijft samen met zijn broertje en er komt ook een derde onderduiker bij, een jongetje van 9 jaar. Edith kan wel naar buiten op haar onderduikadres, maar Rolf en zijn broertje helemaal niet. De moeder van Rolf zit op een ander adres ondergedoken. Ze schrijven elkaar brieven en één keer komt Rolfs moeder op bezoek. Ook veel andere leerlingen van het Joodsch Lyceum duiken onder.

De concentratiekampen

Vanaf de zomer van 1942 voeren de nazi’s in Nederland een nieuwe maatregel in. Vanaf dat moment kunnen joodse mensen vanaf 16 jaar een oproep krijgen om te gaan werken in een kamp. De nazi’s hebben op veel plekken in het Duitse Rijk concentratiekampen gebouwd. Hier worden de joodse mensen naartoe gestuurd. Maar ook tegenstanders van de nazi’s en andere groepen mensen die de nazi’s als minderwaardig zien zoals bijvoorbeeld sinti (zigeuners).

Joodse mensen in Nederland worden eerst naar het kamp Westerbork in Drenthe gestuurd. Vanaf daar vertrekken er treinen met mensen naar de concentratiekampen. Veel joodse mensen voelen het gevaar en willen niet gedeporteerd worden. Maar wat er precies in de ‘werkkampen’ gebeurt, kunnen ze zich niet voorstellen.

De nazi’s bouwen honderden kampen. Een aantal zijn speciale vernietigingskampen. Veel Nederlandse joden worden naar de kampen Auschwitz-Birkenau, Treblinka of Sobibor gestuurd. Ze gaan met de trein in veewagons. De reis vanuit Nederland duurt drie dagen. Onderweg krijgen ze bijna geen eten of drinken. Bij aankomst in de vernietigingskampen worden sterke mannen, vrouwen en oudere kinderen uit de groep gehaald. Zij moeten zwaar werk doen in een kamp. De zwakkere mannen, vrouwen en jonge kinderen worden gelijk vergast. De mensen die zijn uitgekozen om te werken worden later meestal gedood. Soms proberen gevangenen te ontsnappen, maar dat is bijna onmogelijk.

1943

In 1943 zijn er nog maar een paar leerlingen achtergebleven op school. In maart 1943 nog maar 37.

De andere leerlingen van het Joodsch Lyceum zijn ondergedoken, gevlucht of dood. Sommige leerlingen zijn gedeporteerd naar de concentratiekampen en daar vermoord.

1933

1939 >>

1940 >>